Als het over onderwijs voor onze kinderen gaat willen wij dan als ouders te veel? Ik heb jaren lang gestreden om mijn kinderen binnen de muren van een school te houden. Ik heb mij er altijd over verbaasd dat dit zo ging, maar ik geloof niet dat ik te veeleisend was.

Pagina 2

donderdag 26 juni 2014

Goede bedoelingen 1 en 2

Gisteren was ik aanwezig bij de presentatie van het boek “Iedereen aan Boord. Samen werken aan passend onderwijs voor kinderen voor wie dat niet vanzelf spreekt” geschreven door twee heren van de Stichting Gedragswerk, Jos van der Horst en Bart van Kessel. Het boek heb ik nog niet gelezen dus over de inhoud zal ik voor nu zwijgen, maar ik wil  wel wat kwijt over de presentatie.

Zoals altijd waren de sprekers geïnspireerd door de goede wil van mensen. De schrijvers van het boek legden beeldend uit wat in hun optiek mis gaat gedurende het proces dat als eindresultaat een thuiszittend kind heeft. De ervaringen waar ze uit putten en waar dit boek op gebaseerd is, beginnen altijd op het moment dat er al een conflict is en de partijen; ouders, school en soms zelfs advocaten; als kemphanen tegenover elkaar staan. De kernvraag: hoe krijg je het kind weer op school, is de legitimatie van de bemoeienissen van  Gedragswerk. En dat is precies de reden waarom  ik denk dat ook dit boek, hoe goed bedoeld ook, het kind niet zal redden.

Het proces dat leidt tot de ruzie beschrijft niemand. Waar twee vechten hebben twee schuld nietwaar? “De ouders zeggen dit en de school zegt dat!” Tijdens de presentatie werd een beeldend rollenspel ten tonele gevoerd waarin een agressieve vader een bevende IB-er afbekt. Dat proces wil Gedragswerk onder andere in goede banen leiden door de IB-er professioneel handelen bij te brengen. Maar zolang het ontstaan van het conflict niet interessant gevonden wordt zal Gedragswerk maar weinig bereiken.

Er zijn een paar redenen aan te voeren waarom passend onderwijs ondanks de inspanningen van Gedragswerk niet zal slagen.

Ten eerste ontbreekt het juist aan goede wil. Scholen willen geen kinderen waar wat mee is . Die kinderen vormen een bedreiging voor de eindresultaten en zolang dat een gegeven is, is elk project gedoemd te mislukken. Kinderen zouden namelijk te allen tijde welkom moeten zijn op scholen.

Ten tweede meent de overheid dat kinderen reparabel zijn. En dit belachelijke idee hebben ze de scholen en de erom heen hangende semi-professionals opgelegd.  Zo beweerde een van de schrijvers, die ik overigens niet onder de semi-professionals wil scharen, dat als een kind in groep 3 niet leert lezen er sprake is van een taal-spraak stoornis en dat je dan gewoon cluster 2 moet inschakelen want dan komt alles goed. Cluster 2 is een typisch voorbeeld van een semi-professional. Lees de website van de overheid er maar op na: er is geen aanvullende opleiding nodig om bij cluster 2 te mogen werken. Afgezien van de volstrekte ondeskundigheid van cluster 2, is er geen sprake van een ontwikkelingsstoornis als het zo eenvoudig zou zijn.
Dat laatste bepaalt het functioneren van Gedragswerk en straks dat van Passend Onderwijs: Een kind mag wel een probleem hebben maar daar willen we niet te lang last van hebben. En dat staat haaks op het probleem van een kind met een ontwikkelingsstoornis. Dat heeft daar namelijk minstens zo’n zesentwintig jaar last van.

Uiteraard was er een kers op de taart. Ik ben altijd zo blij als de overheid bij dit soort gelegenheden haar mond open doet want dan krijg je het grote falen in een paar zinnen on a silver platter.

Goede bedoelingen 2

Het Grote Falen

De hoge ambtenaar die het eerste exemplaar van het boek aangeboden kreeg legde uit waarom de vorige wet was mislukt: Het doel van de vorige wet was precies dezelfde als die van de nieuwe Wet Passend Onderwijs namelijk: het terugdringen van het aantal kinderen dat naar het Speciaal Onderwijs wordt verwezen en het terugdringen van het aantal kinderen dat thuis komt te zitten. Het terugdringen van het aantal Speciaal Onderwijs kinderen mislukte omdat de scholen binnen de kortste keren precies door hadden hoe je een Speciaal Onderwijsindicatie aanvraagt waarmee ze de felbegeerde Rugzak binnen hengelden met als gevolg dat het aantal Speciaal Onderwijs kinderen explosief steeg. Tegelijkertijd bleef het aantal thuiszittende kinderen gelijk. Aldus de hoge ambtenaar.

Hierin zit de oorzaak van het enorme falen besloten. De overheid handhaaft haar eigen wetten niet en de motieven van de scholen zijn verre van zuiver.

Het mag een ieder dan ook verbazen dat de nieuwe wet weer blindelings uitgaat van goede wil, maar, zo sprak de bevlogen ambtenaar: we hebben wel iets veranderd: “De scholen hebben nu een zorgplicht.” De scholen moeten de kinderen nu een plek geven.

Ten eerste hadden de scholen in de vorige wet die Zorgplicht ook en dat hielp geen bliksem want de ouders moesten het zelf afdwingen. Ten tweede heeft de overheid blijkbaar geen idee hoe scholen van lastige kinderen af weten te komen. De overheid kent de formules niet. Een school zegt niet:
“Wij willen uw kind niet.”
Een school zegt:
“U kunt uw kind beter niet aanmelden want we zijn bang dat hij heel ongelukkig wordt hier.”
Mag ik vragen wat we aan een Zorgplicht hebben als ouders dan maar besluiten ergens anders te gaan ‘proberen’?

Een school zegt niet:
“Uw kind moet van school. We schrijven hem hier uit.”
Een school zegt:
“U kunt uw kind beter van school halen want we kunnen echt niets meer voor hem doen. Het is heus beter. Hij wordt hier zo ongelukkig.”
Wat hebben we aan een Zorgplicht als de ouders dan besluiten om ‘vrijwillig’ het kind van school te halen?

En dan begint het conflict. En dan zegt de school: “Dat hebben wij nooit gezegd. Dat heeft u verkeerd begrepen.” Vervolgens gaan de ouders schreeuwen en zegt de onderwijsconsulent of sparringpartner of jeugdzorg, dat er een complex probleem ligt.

In de nieuwe wet is de Rugzak verdwenen. De steekpenningen uit de Rugzak die voor sommige kinderen een soort van redding betekenden zitten nu in een grote pot bij het Samenwerkingsverband. Kinderen met leerproblemen zijn er nog steeds maar we mogen niet meer zeggen waar dit door wordt veroorzaakt. De etiketten moeten er af. En van de scholen die zonder dat ze ooit verantwoording hoefden af te leggen voor het enorme falen in hun opdracht, wordt wederom enkel goede wil gevraagd.

De hoge ambtenaar besloot met de verlossende woorden: “We gaan er van uit dat het probleem van thuiszittende kinderen nooit zal worden opgelost. Thuiszittende kinderen zullen er altijd zijn.”
En hij waste zijn handen in onschuld..

Arme kinderen

Arme, arme kinderen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten