Als het over onderwijs voor onze kinderen gaat willen wij dan als ouders te veel? Ik heb jaren lang gestreden om mijn kinderen binnen de muren van een school te houden. Ik heb mij er altijd over verbaasd dat dit zo ging, maar ik geloof niet dat ik te veeleisend was.

Pagina 2

vrijdag 9 oktober 2015

Manifestatie Thuiszitters tellen, of: wie gelooft er nog in schoolbesturen?
Er zijn in Nederland in ieder geval nog moeders met geloof in de zaak.
Afgelopen week protesteerde Thuiszitters-tellen in Den Haag om de reden die in de naam besloten ligt. Een initiatief van strijdende moeders met vertrouwen in een betere toekomst voor onze kinderen. Ik heb er een enorme bewondering voor.

In Den Haag was ik van de partij. Ik had een leuke foto van Cato op een protestbord geplakt met de tekst: 'Cato 19 jaar, 3 jaar thuis, geen startkwalificatie.'
Een ieder die Cato kent weet dat zij nooit een startkwalificatie zal kunnen halen. Maar dat is nou juist de reden waarom aan haar onderwijs ontzegd wordt. Vreemd genoeg staat in geen enkel verdrag waar Nederland haar handtekening onder gezet heeft, dat gehandicapte kinderen die er niet in slagen om bijvoorbeeld rekenniveau 1F te halen geen recht zouden hebben op onderwijs. In Nederland is dat echter wel zo. Op het speciaal onderwijs in Nederland draaien de leerkrachten een programma af dat tot resultaten moet leiden. Als je kind dat programma niet kan volgen, dan is het er niet gewenst.

De manifestatie: Ik stond tot mijn grote verrassing naast dé Hoofdinspecteur Primair Onderwijs en Speciaal Onderwijs, de heer Arnold Jonk. We luisterden samen naar een kleine jongen van een jaar of 12? die op het podium een prachtig zelf geschreven gedicht voorlas aan de staatssecretaris. De heer Dekker hoorde het geduldig aan maar raakte overduidelijk niet in beroering. De heer Jonk wel. Die riep uit, tot niemand in het bijzonder: "Waarom kan dit kind niet naar school!"
Ik kon alleen maar beamen dat dat inderdaad heel raar is.

Uiteraard greep ik de gelegenheid aan om de heer Jonk te bevragen over de Rotterdams Plaatsingswijzer. De heer Jonk wist onmiddellijk waar ik het over had. "Inderdaad, de Rotterdamse Plaatsingswijzer van afgelopen jaar was in strijd met de wet. Ja, ja, de Zorgplicht wordt erin omzeild. Nee, nee, dat mag niet. Maar daar hebben we wat over gezegd!"

De Rotterdams schoolbesturen hebben vorig jaar beloofd alle adviezen en opmerkingen ter harte te  zullen nemen en dit jaar een nieuwe plaatsingswijzer te presenteren die recht doet aan de nieuwe wet passend onderwijs. Dat is inmiddels gebeurd, in concept. In de nieuwe plaatsingswijzer hebben de schoolbesturen alweer een manier gevonden om de Zorgplicht te omzeilen.

Wat ik zo bijzonder vind is dat die moeders zo strijdbaar blijven. Dat is bewonderenswaardig. Want: wie gelooft er nou nog in schoolbesturen? Wie gelooft er nog in goede wil?

zondag 4 oktober 2015

16.000 keer één kind
Al jaren zwerft in de media de wetenschap rond dat er 16.000 kinderen in Nederland niet naar school gaan. Wie nauwkeuriger leest wordt onmiddellijk in verwarring gebracht. Klopt dat getal wel? Zijn het er niet veel meer? Want er blijken vele soorten 'thuiszitters' te zijn. Met of zonder vrijstelling, thuis-lerend, thuis-kniezend, thuis buitengesloten, of gewoon niet leerbaar verklaard. Het zijn er veel, daar is iedereen het over eens. Landelijk. Landelijk zijn het er veel. Per school niet. Per school zijn het er één of twee. Over een tijdsbestek van laten we zeggen vier jaar zijn het er misschien zes op een school van duizend leerlingen? Het zijn de leerlingen waarvan men zegt: "Met deze gaat het echt niet. Wij doen als school enorm ons best; kijk maar: we hebben 16 kinderen met een diagnose. Die zitten allemaal gewoon in de klas. Maar met dit kind is iets ergers aan de hand. Daar kunnen we niks mee."
"Klopt,"  zegt de inspectie, "dit is een hele goede school. 90% Geslaagden. 80% van de zorgleerlingen zijn geslaagd; kortom: een hele goede school. Met dit kind zijn ze eenvoudigweg handelingverlegen."

Dat ene kind is er één van de zestienduizend. Het zijn die eenlingen die samen de discussie bepalen die nooit opgelost gaat worden, omdat deze kinderen per school een verwaarloosbaar aantal vormen.

Ik zit in de GMR van BOOR-VO (Bestuur Openbaar Onderwijs Rotterdam) en probeer in die vergaderingen al een poosje het bestuur voor dit onderwerp te interesseren. Bijvoorbeeld: Vorig jaar maakte FOKOR een nieuwe plaatsingswijzer, vanwege! de nieuwe wet Passend Onderwijs. FOKOR 'is de vereniging voor samenwerkende schoolbesturen voor primair en voortgezet onderwijs in Rotterdam'. Niet te verwarren met het Samenwerkingsverband van Rotterdam voor voortgezet onderwijs; dat heet Koers-VO.
FOKOR dus: De plaatsingswijzer die door de Rotterdams besturen werd aangenomen was in strijd met de wet. Het belangrijkste component van de nieuwe wet: de ZORGPLICHT, was er in zorgvuldig omzeild. Ik heb er een jaar lang vruchteloos over gezeurd. Ik heb de inspectie gebeld. Die was er van op de hoogte, maar de plaatsingswijzer bleef. Er werd wel beloofd dat er dit jaar een nieuwe gemaakt zou worden.

Dit nieuwe schooljaar ben ik weer met frisse tegenzin op de barricaden geklommen. Om mij ter wille te zijn kwam bij de eerste vergadering de directeur Zorg tekst en uitleg geven. Ik had een lijstje vragen ingediend en daar kreeg ik netjes, maar karig antwoord op. De boodschap was: alles gaat geweldig. Mijn pleidooi voor de eenlingen werd niet gehoord. De zorg voor kinderen met een ontwikkelingsstoornis moet volgens het subsidiariteitsbeginsel op school worden ingericht. Daar heeft het bestuur niets mee van doen. Vreemd genoeg wordt de kwaliteit van het onderwijs aan  kinderen die gewoon in de maat lopen wel in beleidsplannen en koersdocumenten gegoten.

Dat ene kind staat alleen en blijft alleen, omdat schoolbesturen hun hoofd afwenden. Dat is veel goedkoper. En met 90% geslaagden kun je een potje breken bij de inspectie.