Vanaf het moment dat de eerste moeders belden realiseer ik mij dat ons kleine optrekje aan de Goudse Rijweg spoedig vol zal zijn.
De Goudse Rijweg huren we tegen een maatschappelijk tarief. Zelfs dat is nog te veel voor het toch ook wel zeer gezellige pandje. Er is geen warm water en de verwarming laat het om de haverklap afweten. In de winter zitten we vaak te klapperen van de kou en zitten de leerlingen gewikkeld in dekentjes achter hun bureaus. Als ik nou het woord lessenaar gebruik in plaats van bureau, is het net de Christmas Carol. En daar lijkt het ook af en toe op.
Omdat Acato een informele dagbesteding heet te zijn, zijn de PGB’s lager. Het kan allemaal net; één begeleider op vier leerlingen en de huur. De computers konden we dankzij fondsenverstrekkers aanschaffen. De vrijwilligers zorgen voor de rest: de tuin, kookles, extra begeleiding bij de naailes, hand en spandiensten en de administratie. Het gaat schoon op, de budgetten die we krijgen. (Onthoud deze passage alstublieft. Het is belangrijk voor later in het verhaal, de volgende delen bedoel ik).
Kortom: bij Stichting Bloemfleur wordt er niet gespaard. Er blijft geen geld op de plank liggen. Mijn grootste probleem is dan ook: als ik een tweede onderkomen vind, dan kan ik het niet financieren. Er zal een borg van een paar maanden moeten worden opgehoest en zo goedkoop als we nu zitten vinden we nooit meer. Bovendien zal het nieuwe onderkomen toch wat groter moeten zijn dan wat we nu hebben. De Goudse Rijweg is met 12 leerlingen al vol.
Met de Gemeente kom ik onmiddellijk in een spraakverwarring terecht op het moment dat ik hun hulp inroep.
Zoals eerder beschreven vond de Gemeente dat we eerst een school moesten vinden waarmee we gingen samenwerken voordat ze gingen helpen met de huisvesting. Ik wil echter niet letterlijk bij een school intrekken om voor de hand liggende reden. We willen alleen samenwerking.
Er staan wat schoolgebouwen leeg maar die mag ik niet huren omdat we geen school zijn. Ik vind een mooie kantoorruimte die heel geschikt is maar dat vindt de gemeente geen goed idee want er staan zoveel schoolgebouwen leeg.
Ik heb 10 leerplichtige leerlingen op de Goudse Rijweg en een kleine wachtlijst. We worden wekelijks gebeld door begeleiders en ouders die een oplossing zoeken voor een kind. Waar moeten we in vredesnaam heen?
Van: Sas Boot <acatorotterdam@gmail.com>
Verzonden: vrijdag 1 juni 2018 13:09:41
Aan: De Directrice
CC: 3 ambtenaren, een onderwijsconsulent en een leraar van Acato
Onderwerp: Thuiszittende passerleerlingen
Verzonden: vrijdag 1 juni 2018 13:09:41
Aan: De Directrice
CC: 3 ambtenaren, een onderwijsconsulent en een leraar van Acato
Onderwerp: Thuiszittende passerleerlingen
Beste O,
Deze week zou ik iets van je horen?
Bij mij op bezoek is nu xxxx, onderwijs consulent en wil een oplossing voor een van zijn zorgleerlingen die een leerling is van Passer Overschie.
Kunnen we al wat zeggen? xxx wil graag een overleg en een oplossing voor zijn leerling. Graag samen met Acato, Passer, de ouders en jouw persoon.
Ik wil ook graag een oplossing voor de rest van de leerlingen.
Hoor graag!
Hartelijke groet,
Deze week zou ik iets van je horen?
Bij mij op bezoek is nu xxxx, onderwijs consulent en wil een oplossing voor een van zijn zorgleerlingen die een leerling is van Passer Overschie.
Kunnen we al wat zeggen? xxx wil graag een overleg en een oplossing voor zijn leerling. Graag samen met Acato, Passer, de ouders en jouw persoon.
Ik wil ook graag een oplossing voor de rest van de leerlingen.
Hoor graag!
Hartelijke groet,
Sas
Van: de Directrice
Onderwerp: Antw.: Thuiszittende passerleerlingen
Datum: 1 juni 2018 om 14:20:20 CEST
Kopie: ambtenaar
Dag Sas, cc allen
Ik zie dat je een gerichte vraag aan mij naar velen hebt gemaild, dit vind ik wat ongemakkelijk omdat ik niet iedereen in deze mailwisseling ken. xx en xx natuurlijk wel.
Ik voer geen gesprekken m.b.t. leerlingen, dat doet de teamleider en/of directeur van de school. Ik heb je toegezegd mee te willen denken in de zoektocht naar oplossingen omdat ik denk dat het aanbod van Acato aansluit bij de vraag van sommige leerlingen. Ik kan niet zoveel met de tijdsdruk die je oplegt wanneer het een individuele casus betreft.
Bij je opsomming van gesprekspartners m.b.t. die ene lln van het Passer mis ik de samenwerkingsverbanden ppo en/of koers vo afhankelijk van de leeftijd van de leerling. Met name zij zijn van belang om tot een sluitende oplossing te komen. Ik zou overigens in deze ook G S van de taskforce (indien het om een R'damse lln gaat) betrekken.
In deze specifieke kwestie kan ik je faciliteren door een gesprek met de genoemde personen te arrangeren. Ik zal de school vragen om dit op korte termijn te organiseren.
mvg O
Dit is een heel ander geluid ineens. Ik dacht dat we een samenwerking zouden krijgen en dat O dat zou gaan regelen en met Koers-VO zou gaan praten -het is inmiddels juni- die nota bene bij hun in het gebouw bivakkeert! Wat is er ineens zo moeilijk?
Het is haar leerling. Sinds wanneer is die leerling mijn verantwoordelijkheid? Ik voel die verantwoordelijkheid heel nadrukkelijk maar niet uit oogpunt van mijn professie. Niet omdat het mijn baan is. Dat is het namelijk niet. Ik voel mij verantwoordelijk uit compassie.
Het is nadrukkelijk wel de baan van mevrouw de Directrice en nadrukkelijk haar verantwoordelijkheid.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten